Elektriciteit is in Costa Rica volledig groen, maar de rest van de energie (olie) is nog altijd smerig. Nee, het is toch geen goed voorbeeld voor Nederland.
Elektriciteit is in Costa Rica volledig groen, maar de rest van de energie (olie) is nog altijd smerig. Nee, het is toch geen goed voorbeeld voor Nederland.
Kijk, het kan dus wel: alle elektriciteit schoon en hernieuwbaar. Costa Rica draait al meer dan twee maanden op honderd procent groene energie. Geen enkel ander land is dit ooit gelukt. Over enkele decennia moet elk land fossielvrije stroom hebben willen we de klimaatverandering enigszins binnen de perken houden. Wie weet schrijven geschiedenisboeken ooit dat de groene revolutie in Costa Rica voor het eerst gestalte kreeg. Een toevalstreffer is het record niet, want vorig jaar verzorgde in Costa Rica de natuur al driehonderd dagen alle elektriciteit en zwegen de kolencentrales. Van dit soort cijfers kunnen de meeste landen alleen maar dromen – niet in de laatste plaats Nederland, waar het aandeel hernieuwbare energie nog geen zes procent is.
Het record van Costa Rica deed groene vorsers wereldwijd opveren. Het land voert al decennia vooruitstrevend groen beleid dat heeft geleid tot een bloeiend ecotoerisme, en nu is het dus ook hard op weg naar de heilige groene graal: 100 procent duurzame elektriciteit. Maar al snel drukten nuanceringen en nadere duiding van de cijfers de vreugde over het record.
Costa Rica mag een volledig groene elektriciteitsvoorziening hebben, beargumenteert bijvoorbeeld Brad Plumer van het progressieve Vox.com, maar dat is lang niet alle energie die het land gebruikt. Zo rijden er meer dan een miljoen auto’s rond en die verbranden zo goed als allemaal benzine en diesel. Hierdoor is geïmporteerde olie nog altijd goed voor meer dan de helft van de totale energiebehoefte. Twee grote cementfabrieken draaien nog op kolen en hiervoor zijn geen elektrische alternatieven voorhanden.
Daarnaast heeft Costa Rica ook gewoon mazzel. Het land is gezegend met natuurlijke hulpbronnen die gemakkelijk en goedkoop zijn te oogsten: vallend water en geothermische bronnen. Tachtig procent van alle elektriciteit wordt opgewekt door waterkrachtcentrales, en nog eens twaalf procent uit geothermische bronnen. Weinig landen hebben dat geluk, de meeste zijn aangewezen op duurdere zonnepanelen en windmolens.
Costa Rica leert de rest van de wereld twee belangrijke lessen: een volledig fossielvrije economie is nog ver weg en het succes is voor andere landen moeilijk te reproduceren. Wereldwijd zijn fossiele brandstoffen nog altijd goed voor 86 procent van alle energiebehoefte. Zware industrie, waaronder de productie van cement en ijzer, kan nog nauwelijks zonder fossiele brandstoffen en is wel goed voor een vijfde van alle broeikasgassen. In rijke landen winnen elektrische auto’s langzaam terrein, maar zeeschepen en vliegtuigen zijn de komende decennia niet te elektrificeren.
Wat het groene succes van Costa Rica vooral laat zien, is hoe mager het is en hoe moeilijk het tegelijkertijd is om te evenaren. Die groene wereld is er nog lang niet.
Schokkend, eigenlijk.