De brandstofbedrijven geven nog eens flink gas en gaan op zoek naar nieuwe fossiele energiebronnen.
De brandstofbedrijven geven nog eens flink gas en gaan op zoek naar nieuwe fossiele energiebronnen.
Je staat bij het stoplicht en ziet hoe een vrachtwagen in plaats van af te remmen nog eens flink het gaspedaal intrapt en in volle vaart door rood scheurt. Dafuq?! Verbijstering maakt plaats voor woede, verwensingen vliegen door de lucht.
Zo ongeveer voelt de lezer van de Carbon Underground 200 zich. Op deze lijst – recent opgesteld door het Amerikaanse bedrijf Fossil Free Indexes (FFI) – zijn ’s werelds 200 grootste private kolen-, olie- en gasbedrijven gerangschikt op hun ondergrondse voorraden. Niet naar omvang, maar naar de CO2 die vrijkomt bij het gebruik ervan. Wat blijkt? De afgelopen vijf jaar zijn deze met maar liefst 10 procent toegenomen. Bizar, want wereldleiders hebben in VN-verband afgesproken om minder CO2 uit te stoten. In plaats van op de rem te trappen, geven de brandstofbedrijven dus nog eens flink gas en gaan ze op zoek naar nieuwe fossiele energiebronnen.
Terwijl het stoplicht toch echt op rood staat. Neem het Akkoord van Kopenhagen uit 2009, waarin staatshoofden en regeringsleiders afspraken dat de opwarming van de aarde niet meer dan 2 graden mag zijn. Een grotere stijging leidt tot onacceptabele ellende: meer orkanen, hittegolven, stijgende zeeën, droogte, voedseltekorten et cetera.
